Verkoop bestelauto aan niet-ondernemer (particulier) en bpm

Voorkom naheffing BPM bij verkoop bestelauto aan particulier!

Verkoop van een bestelauto door u aangeschaft als ondernemer aan een niet-ondernemer kan leiden tot een naheffing BPM bij u! Dit kan behoorlijk in de papieren lopen. In dit artikel leggen we het uit.

BPM vrijstelling ondernemers

Op 1 juli 2005 is de zogenaamde ‘grijskentekenregeling’ aangescherpt. Voorheen konden ook particulieren een grijs kenteken rijden met de daarbij behorende voordelen (lage wegenbelasting en geen BPM).

Nu hebben alleen nog BTW-ondernemers – en onder bepaalde voorwaarden gehandicapten – een vrijstelling van BPM. Ook geldt voor hen een lagere wegenbelasting. Voorwaarde is onder andere dat de bestelauto voor meer dan 10% zakelijk wordt gebruikt.

BTW-ondernemer

Ook ondernemers die vrijgestelde prestaties verrichten zijn BTW-ondernemer! Bijv. een assurantietussenpersoon. Het is een misvatting dat dan de voordelen niet zouden gelden. Alleen kunnen zij de BTW op de aanschaf vanzelfsprekend niet verrekenen.bestelauto

Verkoop bestelauto en bpm

Een andere voorwaarde voor ondernemers is dat de bestelauto de eerste vijf jaren in de sfeer van de onderneming in gebruik blijft. Bij wijziging van de tenaamstelling binnen die vijf jaar blijft de bpm-vrijstelling alleen gelden als de verkoop plaatsvindt aan een andere (BTW-)ondernemer.

Bij verkoop van de bestelauto aan een particulier of een andere niet-ondernemer vervalt dus de vrijstelling en moet alsnog BPM worden betaald! Wel is een afschrijving op de BPM van toepassing. De volledige BPM hoeft dan dus niet te worden betaald. In art. 13a Wet BPM 1992 vindt u hier meer over.

Bij naheffing BPM wordt deze van u als verkoper geheven. Dus niet van de koper. U moet deze dus zelf aan de koper doorberekenen!

Rechtszaak Hof Arnhem-Leeuwarden

In deze zaak gaat het om een bestelauto waarvan de eerste registratie heeft plaatsgevonden op 22 september 2005. Dat betekent dat vijf jaar later, om precies te zijn vanaf 23 september 2010, de BPM-claim op deze bestelauto vervalt. X verkoopt op 3 juni 2010 – dus kort voor het verstrijken van de vijfjaarstermijn – haar bestelauto aan iemand waarvan zij dacht dat deze ondernemer was.

Dat werd een dure vergissing: de koper bleek bij nader inzien geen ondernemer te zijn. Het gevolg is dat de inspecteur volgens de regels van de wet € 5.308 rest-BPM aan X in rekening brengt. Hof Arnhem-Leeuwarden moet, net als de inspecteur, de wet toepassen en handhaaft de naheffingsaanslag. Het hof kan voorts ook niet voldoen aan het verzoek van X om de hardheidsclausule toe te passen. In overweging 4.12 legt het hof aan X uit waarom dat niet kan. Enige troost voor X is dat de inspecteur bereid is de verzuimboete van 10% te verlagen tot 1%: € 53.

Bron: VN-64.5 Hof Arnhem-Leeuwarden, 10-09-2013, nr BK 12/00169

Dit bericht werd geplaatst in Algemeen nieuws,Omzetbelasting en getagged met ,,,,,,,. Maak dit favoriet permalink.